
Psalm 118
Kees Waaijman leidt de psalm in.
1 Erken Wezer, ja, goed,
0 ja, eeuwig zijn gunst.
2 Laat Israël toch zeggen,
0 ja, eeuwig zijn gunst.
3 Laat het huis van Aäron toch zeggen,
0 ja, eeuwig zijn gunst.
4 Laten wie Wezer schromen toch zeggen,
0 ja, eeuwig zijn gunst.
5 Uit de nauwte roep ik Wezer,
0 buigt zich naar mij in de breedte Wezer.
6 Wezer is er voor mij, niet schroom ik,
0 wat maakt een aardeling mij?
7 Wezer is er voor mij, mij te hulp,
0 en ik zie mijn schuwers aan.
8 Goed is schuilen in Wezer
0 boven zich veiligen in een aardeling.
9 Goed is schuilen in Wezer
0 boven zich veiligen in edelingen.
10 Alle naties omringen mij,
0 in de naam van Wezer, ja, ik vlijm ze.
11 Ze omringen mij, hoe omringen ze mij,
0 in de naam van Wezer, ja, ik vlijm ze.
12 Ze omringen mij als bijen,
0 zijn geblust als een doornvuur,
0 in de naam van Wezer, ja, ik vlijm ze.
13 Stotend stoot Jij mij ten val
0 en Wezer helpt mij.
14 Mijn verweer en deun is Wezer
0 en Hij weest mij tot bevrijding.
15 Stem van gejoel en bevrijding
0 in de tenten van de bewarenden:
0 de rechter van Wezer maakt vermogen,
16 de rechter van Wezer is verhogend,
0 de rechter van Wezer maakt vermogen.
17 Niet dood ben ik, ja, ik leef
0 en vertel de maaksels van Wezer.
18 Tuchtend tucht mij Wezer,
0 en Hij geeft mij niet aan de dood.
19 Open mij de poorten van bewaring,
0 ik kom erdoor, erkennen wil ik Wezer.
20 Dit de poort naar Wezer,
0 bewarenden komen erdoor.
21 Jou erken ik, ja, Jij buigt je naar mij
0 en Jij weest mij tot bevrijding.
22 De steen die de bouwers versmaden
0 weest tot hoofdhoek.
23 Uit Wezer weest dit,
0 zonderbaar in onze ogen.
24 Dit de dag dat Wezer het maakt,
0 juichen wij en verheugen wij ons in Hem.
25 Ach, Wezer, bevrijd toch,
0 ach, Wezer, bevorder toch.
26 Gezegend die komt in de naam van Wezer.
0 Wij zegenen jullie uit het huis van Wezer.
27 Macht is Wezer
0 en Hij licht voor ons.
0 Boei het deinen met touwen
0 tot de hoorns van de slachtstee.
28 Mijn Macht Jij en Jou erken ik,
0 mijn Machtige, Jou verhoog, ik.
29 Erken Wezer, ja, goed,
0 ja, eeuwig zijn gunst.