psalm inleiding van de week

Psalm 77

Kees Waaijman leidt de psalm in.

1     Voor de verduurder.
0     Op Jedoetoen.
0     Van Asaf.
0     Deun.

2     Mijn stem naar de Machtige en schreeuwen wil ik,
0     mijn stem naar de Machtige en Hij heeft oor voor mij.
3     De dag van mijn benauwing vraag ik mijn Meester,
0     ’s nachts gusselt mijn hand en verkilt niet,
0     mijn ziel weigert troost.
4     Gedenken wil ik de Machtige en druisen,
0     verzuchten wil ik en mijn tocht bezwijkt.                    Plavei.
5     De waken van mijn ogen pak Jij,
0     ik hort en spreek niet.
6     Ik raam de dagen van voorlang,
0     de jaren van eeuwen her.
7     Gedenken wil ik mijn getokkel
0     in de nacht met mijn hart,
0     verzuchten wil ik en mijn tocht vorst.
8     Zal mijn Meester eeuwen bruien
0     en niet meer blijven lieven?
9     Zal durend randen zijn gunst,
0     is zijn zegging geslacht op geslacht vergolden?
10   Is Macht begenadiging vergeten
0     of verkrampt zijn tederheid in toorn?                    Plavei.
11   En ik zei: ‘Mijn vermurwing is dit,
0     wijziging in de rechter van de Ontstegene.’
12   Ik gedenk de werken van Wezer,
0     ja, gedenken wil ik jouw zonderheid van voorlang
13   en ik murmer in al jouw gewrochten
0     en in jouw werken wil ik verzuchten.
14   Machtige, in heiligheid jouw weg,
0     wie een Macht groot als de Machtige?
15   Jij de Machtige die zonderheid maakt,
0     Jij laat voelen in de volken jouw verweer.
16   Jij verlost met de arm jouw volk,
0     de zonen van Jakob en Jozef.                    Plavei
17   De wateren zien Jou, Machtige,
0     de wateren zien Jou, zij kronkelen,
0     mee sidderen de wielingen.
18   De wolken laten water gutsen,
0     het zwerk geeft stem,
0     mee gaan jouw pijlen.
19   De stem van jouw donder rolt,
0     bliksems verlichten de kreits,
0     het land siddert en trilt.
20   Door de zee jouw weg
0     en jouw sporen door de vele wateren
0     en jouw hielen zijn niet te voelen.
21   Jij leidt als een kudde jouw volk
0     door de hand van Mozes en Aäron.