In 1957 werd in Oss het beeld van Titus Brandsma van de beeldhouwer Theo van der Nahmer voor het Titus Brandsma Lyceum geplaatst.
Deze school is in 1923 gestart door de paters Karmelieten, met als drijvende kracht pater Titus Brandsma. Zij konden daartoe beschikken over de villa die margarinefabrikant Jan Jurgens (1835-1913) als erfenis naliet. Het was aanvankelijk alleen een HBS-B. In 1940 werd een HBS-A-afdeling toegevoegd, en in 1947 een Gymnasium-afdeling. In 1948 werd de oorspronkelijke naam “Carmelcollege” gewijzigd in “Titus Brandsmalyceum”, naar de oprichter van de school.
Monument
Het monument voor Titus Brandsma in Oss is opgericht ter nagedachtenis aan de pater en verzetsman die op 26 juli 1942 in het Beierse concentratiekamp Dachau om het leven is gebracht. De plaquette bij het standbeeld herinnert aan de joodse leerlingen van het Titus Brandsmalyceum ten tijde van de Tweede Wereldoorlog.
Vorm en materiaal
Het monument voor Titus Brandsma in Oss is een standbeeld van brons.
Het beeld laat een man zien die fier rechtop staat, symbool van zijn onverzettelijkheid. Brandsma is gehuld in het ordekleed van de karmelieten. De kunstenaar heeft Titus afgebeeld met zijn ogen dicht en hij lijkt daardoor in gebed, een indruk die wordt versterkt door zijn handen. Misschien is het wel een heel karakteristieke houding en een voorbeeld voor ons allen.
Wijziging
Op 27 januari 2016, op de internationale Holocaust Memorial Day, is er bij het standbeeld een plaquette onthuld door twee leerlingen van het Titus Brandsmalyceum.
In het kader van hun profielwerkstuk voor het vak geschiedenis hebben Dominique Vossebeld en Puck Mols uit klas 6 vwo uitgezocht hoe het de Joodse (ex-)leerlingen van het TBL vergaan
is tijdens de Tweede Wereldoorlog. De meeste (ex-)leerlingen zijn afgevoerd naar de Duitse concentratiekampen en bijna niemand heeft dat overleefd. Dominique en Puck hebben vervolgens in overleg met de schoolleiding een plaquette ontworpen.
Theo van der Nahmer werd geboren als zoon van een Eindhovense fabrikant. Hij volgde eerst van 1933 tot 1938 de opleiding Bouwkunde aan de Koninklijke School voor Nuttige en Beeldende Kunsten in ‘s-Hertogenbosch, waarna hij tot 1940 op advies van een van zijn docenten verderging met de opleiding tot beeldhouwer aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag.
Theo was lid van Pulchri Studio en mede-oprichter van de kunstenaarsgroepen Verve en Fugare. Hij maakte ook veel werken als tekenaar, met name pastels. Hij wordt gerekend tot de kunstenaars van de Nieuwe Haagse School.
Theo was eerst getrouwd met Beatrice Schreuder, uit dit huwelijk zijn een dochter en een zoon geboren; en later met de fotografe Marianne Dommisse, met wie hij nog een zoon kreeg.
In Leidschendam-Voorburg staat een aantal beelden van Theo van der Nahmer in de openbare ruimte. Van der Nahmer wou als kind piloot worden. Als puber deed hij aan zweefvliegen en op zijn zestiende had hij al twee brevetten. Maar ja, om een pilotenopleiding te volgen moest je achttien zijn. Wat te doen in die tussentijd? Naast zweefvliegen was tekenen altijd zijn lust en zijn leven, dus hij besloot naar een academie te gaan in Den Bosch. Later zal een docent hem aanraden naar de Haagse academie te gaan om zijn studie te vervolgen. En in Den Haag is hij altijd gebleven. Hij werd lid van de Haagse kunstenaarsgroepen Verve en Fugare en ook van de Voorburgse groep De Nieuwe Ploeg.
In 1948 kreeg hij zijn eerste grote opdracht in Den Haag: een monument voor de schrijver Louis Couperus. Hij verdiepte zich in zijn vele boeken en het werd: ‘Eline Vere’. Het hoofdpersonage uit zijn debuutroman dat maar niet gelukkig kon worden. Ze staat dankzij Van der Nahmer al jaren in brons charmant te wezen op de Groot Hertoginnelaan.
In Voorburg, in een plantsoentje op de hoek van Louis Couperusstraat/hoek Aart van der Leeuwkade, staat nog een prachtig beeld van Van der Nahmer: Psyche. Ook Psyche is een hoofdpersonage van een boek van Louis Couperus, dat uitkwam in 1898. Het beeld is in dezelfde periode gemaakt als Eline Vere en in 1964 werd het derde afgietsel gemaakt dat in Voorburg terecht kwam. Couperus schreef ‘Psyche’ als een sprookje voor volwassenen. Het is losjes is gebaseerd op een mythologisch verhaal. Ze is een mooie jonge prinses met een vervelende zuster die uit is op macht. Zij ontvlucht haar zuster en al die andere narigheid van het aardse bestaan door te kiezen voor het luchtruim met behulp van de Chimera, het vliegende paard. Niet minder dan Eros zelf wordt verliefd op haar. Ze worden een gelukkig paar. Maar ja, het gras is altijd groener aan de andere kant en ze laat zich verleiden door saters, drank, dans en onkuisheid. Dus net als een gewone sterveling heeft ze zo haar gebreken. Het komt trouwens wel weer goed met haar.
Maar nu het beeld van Theo van der Nahmer. Zoals het hoort in de kunst zit er gelaagdheid in. Ze is naakt, dat staat voor haar onschuld. Met één voet staat ze stevig op de grond, haar andere voet tilt ze lichtje op. Ze richt haar armen omhoog, wat haar verlangen naar het hemelse vliegen verbeeldt, maar tegelijkertijd vouwt ze haar onderarmen over haar ronde hoofdje heen. Het hoofdje dat ze naar de aarde richt, ze heeft haar ogen gesloten. Is het niet een teken dat al het hemelse zich van binnen afspeelt en dat ze dat wil beschermen? Ik denk het wel.
Literatuur: Marianne Dommisse, Theo van der Nahmer, een uitgave van Haags Palet, HBKK, Voorburg, 2002.
Ander werk van
Theo van der Nahmer
Dag van herdenken van
pater Titus Brandsma
26 juli 2015
Elk jaar op de sterfdag van Titus (25 juli) komen er parochianen van de Titus Brandsma parochie en leden van de Karmelkring Oss bij het standbeeld bijeen om zijn leven en sterven te gedenken. In 2015 besteedde het Brabants Dagblad daar aandacht aan, met het volgende artikel:
Stemmige bloemenhulde in Oss bij standbeeld van Titus Brandsma
OSS – Zo’n twintig belangstellenden legden zondagochtend in alle vroegte bloemen bij het beeld van Titus Brandsma aan de Osse Molenstraat. Het was de aftrap voor een dag vol van ge- en herdenken van pater Titus Brandsma – sinds 1999 naamgever van de parochie – die in 1942 stierf in Dachau.
De parochianen en leden van de Karmelkring Oss luisterden eerst naar de warme woorden die Stans Ligthart, secretaris van het parochiebestuur, over ‘Titus’ sprak. Ze noemde hem een ‘onvermoeibare vernieuwer’ die vooral in het onderwijs en de journalistiek actief was. Dit jubileumjaar – de paters en zusters karmelieten begonnen 125 jaar geleden in Oss – ligt de focus met name op Titus’ verdiensten in de journalistiek en is er op vrijdagmiddag 6 november een symposium over persvrijheid, aldus Ligthart.
Na twee voorgelezen citaten van ‘een gepassioneerde Titus’ zongen de aanwezigen het lied ‘In Hem immers leven wij’ met woorden van Titus Brandsma zelf en was er tijd voor de bloemenhulde. Later in de ochtend werd er na de herinneringsviering in de St. Jozefkerk een beeldje van Titus onthuld, vervaardigd door kunstenares Ger van Iperen.
Verder is er een gedenkboek in voorbereiding met bijdragen van karmelieten die in Oss hebben gewoond, gestudeerd, gewerkt: een uitgave met boeiende verhalen, rijk geïllustreerd met foto’s. Tegelijk met de opening van de tentoonstelling op 15 oktober in het Stadsarchief aan de Peperstraat wordt dit boek gepresenteerd.
In het weekeinde van 7 en 8 november is er daarna onder meer een expositie in de St. Jozefkerk met kunstwerken van parochianen, met dans en levende muziek. Op zondag is er de plechtige eucharistieviering om God de danken voor alle weldaden, met aansluitend een receptie en gelegenheid voor ontmoeting.
Bron: Mari van Rossem in het Brabants Dagblad van 26 juli 2015