titelstrook Inleiding in de Psalm

Inleiding van de week

Psalm 46

Kees Waaijman leidt de psalm in.

1     Voor de verduurder.
0     Voor de Korachzonen.
0     Op ‘Prillen’.
0     Zang.

2     De Machtige voor ons schuil en wering,
0     hulp in nauwten, uiterst vindbaar.
3     Daarom schromen wij niet bij het tornen van het land
0     en het wankelen van de bergen in het hart van de zeeën.
4     Druisen en bruisen haar wateren, Plavei.
0     trillen de bergen in haar trotsen,
5     de rivier in haar gleuven verheugt de stad van de Machtige,
0     heilig de woningen van de Ontstegene.
6     De Machtige in haar binnenste, niet wankelt zij,
0     de Machtige helpt haar bij het gelaten van de morgen.
7     Druisen de naties, wankelen de koninkrijken,
0     Hij geeft zich met stem, het land wiggelt.
8     Wezer met de drommen bij ons,
0     steilte voor ons Jakobs Machtige. Plavei.
9     Ga, schouw de gewrochten van Wezer,
0     die Hij tot ruïnes plaatst in het land.
10   Die de krijg verpoost tot de kap van het land,
0     breekt de boog en kapt de lans,
0     blakert de ronden in het vuur.
11   Verslap en voel, ja, Ik de Machtige,
0     Ik verhoog mij in de naties, Ik verhoog mij in het land.
12   Wezer met de drommen bij ons,
0     steilte voor ons Jakobs Machtige. Plavei.