psalmviering van de week

Elke week verschijnt op deze pagina een ‘psalmviering van de week’,
waarbij thuis mee gebeden kan worden.

Psalmviering 123

Zang

Mijn ogen zoeken Jou,
de vleugels van mijn ziel
ontvouwen zich, Jij bent
de opvlucht van mijn wezen,
alles in mij strekt zich uit
naar Jou, Onzienlijke.

Niet meer verblind door mijn
gewin, niet meer gevangen
in de schijn, niet meer bezwaard
door mijn gewicht, voorbij
de einder van het licht
ga ik in Jou verloren.

Daar ontvang ik stil
mijn leven uit jouw hand,
jouw ogen zien in mij
jouw schoonheid, niemand is zo
koninklijk als Jij
die zetelt in den hoge.

Beurtlezing – 1 Koningen 8,28-30.57-59

Wend je naar het pleit van jouw knecht
en zijn vergenadiging,
Wezer, mijn Machtige.

Hoor het huilen en pleiten
dat jouw knecht bepleit voor jouw gelaat
vandaag.

Mogen jouw ogen open wezen
voor dit huis nacht en dag,
voor deze plaats waarvan Jij zei:
‘Daar zal wezen mijn naam
om te horen het pleit dat jouw knecht bepleit
op deze plaats.’

Hoor de vergenadiging
van jouw knecht en jouw volk Israël
die pleiten op deze plaats.

En Jij,
hoor op deze plaats van jouw huis,
in de hemel,
hoor ons en vergeef ons.

Wezer, onze Machtige, weze met ons,
zoals Hij geweest is met onze vaderen.
Dat Hij ons niet verlaat en niet verstoot.

Dat Hij ons hart neigt naar Hem,
opdat wij al zijn wegen gaan
en bewaken zijn geboden,
zijn kerven en zijn schikkingen
die Hij onze vaderen gebood.

Mogen deze mijn aanspraken
waarmee ik het gelaat van Wezer vergenadig,
Wezer, onze Machtige, nabij wezen
dag en nacht.

Dat Hij voor zijn knecht schikking maakt
en schikking voor zijn volk
dag aan dag.

Stilte

Mijn ogen,
Wezer,
zoeken Jou.

Stilte

Verzadigd jouw volk,
Wezer,
van trotse verachting.

Wenk

Uit ‘Leven van Antonius’ van Athanasius

Wij mogen niet kleinmoedig worden.
En vooral niet
als wij bedenken dat wij knechten van de Heer zijn
en dus onze Meester behoren te dienen.
De knecht waagt het niet te zeggen:
‘Gisteren heb ik al gewerkt,
vandaag doe ik dus niets.’
Hij gaat niet het afgelopen jaar narekenen
om de volgende dagen vakantie te nemen.
Hij toont elke dag dezelfde ijver
om zijn Heer te behagen.
Zo moeten wij elke dag
doorgaan met onze toewijding.

Uit ‘God liefhebben’ van Bernardus van Clairvaux

De een bekent zich tot de Heer,
omdat Hij machtig is,
de ander bekent zich tot de Heer,
omdat Hij goed voor hem is,
en weer een ander bekent zich tot de Heer,
omdat Hij eenvoudigweg goed is.
De eerste is een slaaf:
hij is overbezorgd bang voor zichzelf.
De tweede is een loonarbeider:
hij wil iets hebben voor zichzelf.
De derde is een kind van God:
hij is gericht op zijn Vader.

Uit de geschriften van Franciscus van Assisi

Gelukkig de mens
die zijn naaste in diens broosheid draagt,
zoals hij door hem gedragen wil worden,
als hij in een soortgelijke situatie verkeert.
Gelukkig de dienaar
die al het goede aan de Heer teruggeeft.
Wie iets voor zichzelf achterhoudt,
verbergt in zich het geld van de Heer zijn God
en wat hij dacht te hebben,
zal hem worden ontnomen.

Uit de brieven van Hadewijch

Moge God u doen weten,
wie Hij is
en hoe Hij te werk gaat
met zijn dienaren en dienaressen.
Waar de diepte van zijn wijsheid is,
daar zal Hij u leren
wat Hij is
en hoe wonderlijk zoet
de ene geliefde in de andere woont
en zo de andere doorwoont
dat geen van beiden zichzelf nog onderkent.
Maar zij bezitten elkaar onderling
in genieting,
mond in mond
en hart in hart
en lichaam in lichaam
en ziel in ziel,
terwijl één zoete goddelijke natuur
hen beiden doorvloeit.

Uit ‘Wolk van niet-weten’

De hemel is geestelijk gesproken
boven even dichtbij als beneden,
zodat ieder die oprecht verlangt
in de hemel te zijn
er op hetzelfde moment geestelijk al is.
De kortste weg daarheen wordt afgelegd
door het verlangen,
en niet op twee voeten.
De ziel is waarlijk daar
waar haar liefde is.
Als wij dus naar de hemel willen gaan,
hoeven wij onze geest geen geweld aan te doen
om omhoog of omlaag te gaan.
Toch kan het goed zijn
onze ogen op te heffen naar de hemel,
wanneer wij worden gedreven door de geest.

Uit ‘Alleenspraak van de ziel’ van Thomas van Kempen

Zie,
gelijk de ogen van een dienstmaagd
gericht zijn op de hand van haar gebiedster,
zo zijn onze ogen altijd gericht op de Geliefde.
Vanaf het moment
dat ik van Hem begon te houden,
wilde ik het ook met Hem volhouden.
Om te bewijzen
hoe echt de deugdelijkheid van mijn liefde was,
was het nodig
dat die door Hem getoetst zou worden.
Dat ik staande kon blijven
onder het geweld van de storm,
is te danken aan zijn genade.

Uit de geschriften van broeder Laurentius

Door dikwijls zijn geest te richten
op Gods tegenwoordigheid,
heeft hij zich de gewoonte eigen gemaakt,
dat zijn ziel,
zodra hij vrij is van uiterlijke werkzaamheden
en zelfs als hij druk bezig is,
zich verheft
en boven alles als vastgehecht
en stevig vastgehouden in God blijft
als in zijn middelpunt en rust.
Zo leeft hij,
alsof er niets ter wereld bestond
dan God en hij.
Hij onderhoudt zich overal met God.
Hij vraagt Hem wat hij nodig heeft
en verheugt zich
op duizend en één wijzen
met Hem.

Gebed

Veracht en vernederd
zien wij uit naar Jou, o God.
Wees ons genadig.
Laat lichten jouw gelaat
in onze duisternis.

Zang

Vz     Onze lieve aarde
00     wordt vertrapt en uitgebuit
Al     – ten hemel schreiend.

Vz     Jouw mensen gaan gebukt
00     onder grof geweld
Al     – geschapen naar jouw beeld.

Vz     Jouw volk wordt geknecht,
00     verkracht, vernederd
Al     – het staat voor jouw gelaat.

Al     Verzadigd zijn wij van verachting,
00     wees genadig,
00     verzadigd zijn wij van verwaandheid,
00     wees genadig.

K1    Richt ons op,
K2    sta ons bij,
K1    laat ons delen
K2    in jouw kracht,
K1    wees aanwezig,
K2    strek je hand uit.
Al     Jij hebt ons gemaakt,
00     gezien, gekend.

Op deze pagina kunt u kijken en luisteren naar een inleiding door Kees Waaijman, die kan helpen om de ruimte van deze psalm in te gaan.

© Teksten: Kees Waaijman
© Psalmgebed: Laetitia Aarnink
© Zangzetting: Joeke Klein Bog
© Psalmzetting: Ad de Keyzer

Niets van deze Psalmviering mag worden verveelvoudigd
en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, elektronisch,
door geluidsopname of op enige andere wijze,
zonder voorafgaande toestemming van
Stichting Kerkmuziek en Spiritualiteit, Nijmegen.